Op 6 april 1912 meldde Kate zich aan op de Titanic. Haar vorige schip was de Olympic. Kate werkte als stewardess en ontving een maandloon van £ 3, 10s.
Waarschijnlijk deelde Kate haar hut met stewardess Alice Prichard.
Tijdens de ramp met de Titanic werd ze gered, het is onbekend door welke reddingsboot ze gered werd, waarschijnlijk reddingsboot 11, omdat daar meerdere stewardessen in zaten.
Uit een interview dat Kate en Alice gaven bleek dat ze samen gered werden:
‘Mevrouw Alice Pritchard en mevrouw Kate Smith, twee van de stewardessen van de Titanic die zijn gered, beschrijven de plaats van het wrak en zeggen: “We hadden geen dienst toen de aanvaring plaatsvond en geloofden niet dat er problemen waren.” Kate Smith voegde eraan toe: ‘Sommigen van ons gingen terug naar bed, maar werden al snel wakker door een tweede roep van gevaar. We moesten naar de reddingsboten en roeiden weg. Wat volgde was het meest verschrikkelijke schouwspel dat ik ooit heb meegemaakt. Er waren vrouwen en kinderen die om hulp schreeuwden. Het water was gevuld met mensen en het dek was bedekt met mensen die dapper hun einde tegemoet gingen.” – De Avondkroniek, 20 april 1912’
Op 19 april 1912 kreeg Kate’s broer, Charles, een telegram waarin bevestigd werd dat Kate de ramp met de Titanic had overleefd.